In de kranten stond het deze week te lezen: 'rel op de biennale van Sao Paulo', 'kunstenaar vermoordt wereldleiders'.
Kunstenaar Gil Vicente heeft een rel uitgelokt tijdens de biennale van Sao Paolo met zijn 'inimigos'-serie. Zijn kunstwerken presenteren hem terwijl hij enkele wereldleiders onder schot houdt. Hij houdt hen verantwoordelijk voor vele misdaden en wil dit op deze manier onder de aandacht brengen. Onder hen onder andere paus Benedictus XVI, George W. Bush, Ahmadinejad...
Wederom trekt een kunstenaar de aandacht door kunst te maken die de norm overschrijdt, met het taboe speelt. Gil Vicente klaagt aan dat we alle dagen mensen zien doden op televisie, berichten beluisteren van gruwelijke misdaden in de wereld, maar dat de verantwoordelijken buiten schot blijven. Met zijn kunstwerken brengt hij ze 'binnen schot'.
Maar moord choqueert. Het is het prijsgeven van een mensenleven aan de 'continuïteit van het bestaan', onze individualiteit opheffen om ons terug te gooien in het eeuwige proces van ontstaan en vergaan. Het doorprikt de bubbel van onze zelfvoldane, illusoire veiligheid waarin we onszelf wijsmaken dat dat 'anderen overkomt'. Vooral deze figuren (wereldleiders) zijn symbolen van macht die zelden lijken te wankelen, eeuwigheidswaarde lijken te belichamen. Net deze figuren tot mikpunt maken is de ideale manier om de toeschouwer te confronteren met de broosheid van de barrières die normen moeten oprichten, met de kwetsbaarheid en eindigheid van het bestaan die net achter de hoek kan liggen. Het heeft tegelijk veel weg van een pervers offerritueel. Normaal gezien wordt een onschuldige geofferd, terwijl hier de schuldige geofferd lijkt te worden.
Bekendheden, 'celebreties', zien we graag neergehaald worden. Ze lijken deel te hebben aan iets hogers (macht, genot,...), iets sacraals, dat voor 'gewone stervelingen' onbereikbaar is. Ook voor wereldleiders gaat dit op. Zij lijken onaantastbaar en worden dus des te sneller voorwerp van roddels, spot....kortom profanatie. Deze profanatie is eigenlijk een 'rituele consumptie' door het publiek van dergelijke figuren. Frank Vande Veire stelt het zeer duidelijk in zijn 'Neem en eet, dit is je lichaam'...: 'de dwangmatige wens te bezoedelen verraadt de fascinatie voor iets wat voor absoluut onbezoedelbaar wordt gehouden'. Men wil de sacrale macht waar dergelijke figuren aan participeren in zijn greep krijgen door hen neer te halen en zo ook te kunnen participeren. Maar steeds wijkt dit genot van de participatie. Het genot is nooit dat waar we op gehoopt hadden. De profanatie blijft altijd enigszins gefrustreerd achter. Het ontglippend genot wordt dan weer gesacraliseerd.
Is dit soort kunst toonbeeld van een maatschappij waarin normvervaging aan de orde is? Wie dit gelooft en al te snel dit soort kunst wil veroordelen slaat de bal mis. De reactie op deze kunstwerken van Vicente maakt net duidelijk dat dit normbesef zeer sterk leeft bij de toeschouwers. Maar is Vicente dan immoreel? Ook dit is niet het geval. Hij wil net vanuit een ethische reflex bepaalde wantoestanden aanklagen en op een brutale manier de verantwoordelijken op hun verantwoordelijkheid wijzen in een taal die zeer universeel is: geweld.
Het is een grensoverschrijdende kunst die, zoals Georges Bataille dat al analyseerde ten aanzien van het taboe, in zijn overschrijding net verwijst naar de grens en die bevestigt. Gil Vicente zegt met zijn kunst eigenlijk niet meer dan dat moorden moreel verwerpelijk is en dat de schuldigen of verantwoordelijken van misdaden tegen de mensheid ter verantwoording moeten geroepen worden. Desnoods onder dwang....
Laatste reacties